Een paard is geen hond en zeker geen mens. Hun spijsverteringssysteem is gevoelig, traag en ingericht op bijna continu eten. Toch zijn er nog veel misverstanden over wat een paard nu écht nodig heeft aan voeding. In deze blog leg ik uit wat een paard eet, waarom dat zo is en hoe je een gezond voerschema opbouwt — zonder te overvoeren of tekorten te veroorzaken.
πΎ 1. Ruwvoer: de basis van alles
Het allerbelangrijkste voor een paard is ruwvoer, zoals hooi of voordroog. Dit vormt de basis van de voeding en zorgt voor:
-
Vezels → goed voor de darmwerking
-
Lang kauwen → voorkomt verveling en stress
-
Speekselproductie → beschermt maag tegen maagzuur
π Hoeveel?
Gemiddeld 1,5–2 kg per 100 kg lichaamsgewicht per dag.
Voor een paard van 600 kg = 9–12 kg hooi per dag.
π Paarden hebben een kleine maag, dus ze moeten verspreid over de dag eten — géén grote maaltijden ineens.

π½ 2. Krachtvoer: alleen als het nodig is
Krachtvoer (zoals brokken, muesli of slobber) bevat extra energie, eiwitten en mineralen. Niet elk paard heeft dit nodig. Het is bedoeld voor:
-
Paarden die zwaar werk doen (sport, jonge paarden in training)
-
Drachtige merries
-
Paarden met een verhoogde energiebehoefte
π Let op: Te veel krachtvoer = risico op overgewicht, hoefbevangenheid of koliek.
Altijd ruwvoer eerst, dan pas krachtvoer.
π§ 3. Mineralen & vitaminen: onmisbaar op de achtergrond
Zelfs als je paard genoeg ruwvoer krijgt, kunnen tekorten ontstaan aan:
-
Zout & elektrolyten (vooral bij zweten)
-
Sporenelementen zoals selenium, koper, zink
-
Vitamine E en D (bij stalpaarden of weinig zonlicht)
Oplossing:
-
Likstenen (zout/complex)
-
Balancers of supplementen
-
Specifieke bijvoeding op advies van dierenarts of voedingsdeskundige
π 4. Snacks & beloningen: leuk, maar met mate
Wortels, appels, paardensnoepjes: prima als beloning, maar geen vervanging voor echte voeding.
π Max. 1–2 handjes per dag
Let op bij paarden met suikergevoeligheid (PPID, EMS): kies suikervrije alternatieven.
β 5. Wat mag een paard absoluut níét eten?
-
Brood (schimmelgevaar, veel zetmeel)
-
Gras van gemaaid gazon (vergisting → koliek)
-
Mensensnoep of koek
-
Giftige planten (jacobskruiskruid, eikels, taxus)
Zorg dat je stalomgeving “voerveilig” is — ook met goedbedoelde bezoekers of kinderen in de buurt.
π‘ Tips voor een gezond voedingsbeleid
-
π Verdeel het voer over meerdere porties per dag
-
π§ Zorg voor onbeperkt vers water
-
π§ͺ Laat je ruwvoer analyseren als je precies wilt weten wat erin zit
-
π Pas de voeding aan bij seizoenswisselingen of verminderde beweging
Reactie plaatsen
Reacties